To Homepage
Against Turkish EU-entry: Turkey is not a European country Identity is not negotiable - By Marcel Bas |
"'Identity', that's a dangerous word, because it is often being pitched against the identity of others. That is why we should strive after more identities within the EU and combine those with culture. Because on my list of values, culture ends up higher than economy." José Manuel Barroso, President of the European Commission. | In the next century identity will become more important than ever |
From all the leading politicians (Tony Blair, Gerhard Schröder, 2004 EU president Jan Peter Balkenende, etc.) we hear that "Turkey can enter the European Union, but under strict preconditions." Yes, we shouldn't make promises that we can't keep.
The first question that enters my mind is: "On behalf of whom did 'Europe' ever promise the Turks something like an EU-entry?" Not on behalf of the citizens the EU claims to represent. The second question that enters my mind is: "Can an Asian country, after having been bound to rational treaties, become a European country?" Asking the question is answering it.
Real discussion kept behind closed doors In politics, as well as in 'Europe', there is too much narrow focusing on economical and geopolitical interests when our leaders make EU policy. By doing this, much deeper, more 'eternal' facts and arguments are forgotten. The real discussion about Europe as a cultural entity is being held behind closed doors, as we could read in the Dutch newspaper De Volkskrant on December 20th, when the Netherlands were the EU-president. The newspaper published a Die krant deed verslag van achter de schermen waaruit bleek dat een meerderheid van Nederlandse ministers het oneens waren met de toetreding. Openlijk konden de ministers hun reserves echter niet kenbaar maken. Naar buiten toe moet men voor toetreding zijn, anders zijn de onderhandelingen met Turkije ijdel. Ook hoor je, heel af en toe, een minister praten over het risico van een op stapel staande massa-immigratie van Turken naar Europa. Er zijn 70 miljoen Turken, en we weten inmiddels na dertig jaar massa-immigratie hoezeer onze gewesten in trek zijn bij de Turken. Maar, zo stelde de Nederlandse minister Zalm de burgers gerust, er zullen regelingen tegen zo’n immigratie getroffen worden. Daarmee is de kous kennelijk af. Discussie gesloten; angst weggenomen; wachten tot over tien jaar, als het raadgevend referendum van start gaat en Turkije nog meer toetredingsonderhandelingen achter de rug heeft. Zalms toezegging is echter niet hard te maken: Turkije wil met alle geweld beschouwd worden als een volwaardig lid, met alle luxe en voorrechten die de écht Europese landen hebben, dus ook vrij personenverkeer. En Turkije wil ook alleen onderhandelen als het land lid wordt. Eigenaardig; een land dat onderhandelt kan toch niet zoveel eisen stellen? In het verenigingsleven van Europese landen hebben aspirant-leden zich koest te houden. Turkije is kennelijk uit ander hout gesneden.
Turkije is niet Europees Maar laten we het zuiver houden: de bezwaren tegen een Turks EU-lidmaatschap die van culturele, realistische en blijvende aard zijn, worden niet genoemd. Als de Nederlandse premier Balkenende de vraag "Maar is Turkije wel Europees?" voorgelegd krijgt, antwoordt hij steeds, kribbig: "We moeten nu ophouden te zeuren over wie er wel en wie niet Europees is. Turkije heeft zo goed haar best gedaan, dat ze een lidmaatschap verdient." Maar daar gaat het niet om. Ook na ontelbare grondwetswijzigingen en mensenrechtenaanpassingen blijft de Turkse staat cultureel en geografisch een Aziatisch geheel. Onderhandelingen over toetreding zijn irrelevant en per definitie ijdel. Ook Europa stopt ergens en de EU kan zich niet tot in het oneindige uitbreiden. Europa is van oudsher een cultureel en feitelijk afgebakend gebied. Turkije hoort daar niet bij. Maar daar hebben de EU-economisten en de op machtsuitbreiding beluste politici geen boodschap aan. Zij zien Europa als een eclectisch geheel zonder bijzondere identiteit, dat voor economistische doelen best bijgesteld kan worden.
De Europa-discussie De Europese Unie wordt weliswaar steeds groter en machtiger maar lijkt tegelijkertijd haar koers kwijt te raken. Daarom heeft Jan-Peter Balkenende met mensen als Barroso de discussie omtrent de Europese identiteit aangezwengeld. In het kielzog van het door hem moeizaam in Nederland gevoerde normen- en waardendebat is dit zeer toe te juichen. Toch wil hij in de discussie niet zover gaan dat hij over de Europese identiteit m.b.t. Turkije gaat spreken. Dat is vreemd. Schijnbaar zijn de Turkse toetreding en een peiling naar het Europees gevoel twee verschillende dingen. De reden voor deze inconsequentie lijkt me evident: als er bepaald wordt wat ons Europees maakt, dan valt Turkije automatisch buiten de boot. Maar wat vraagt Balkenende ons nu? "Wat is Europa?", is zijn vraag in de discussie. Enkele Europolitici hebben al de toon geprobeerd te zetten in de discussie. De totnogtoe gehoorde bijdragen zijn, niet verbazend, allemaal van zo’n beetje dezelfde aard. Ze gaan uit van bepaalde pijlers. Een van de weinige Europese idealisten, José Manuel Barroso, voorzitter van de Europese Commissie, gaf daar al een mooi voorbeeld van: "Typisch Europees zijn gelijkheid, vrijheid, democratie en het eenheidsstreven." Deze pijlers zijn nu niet iets wat ik associeer met een eigen identiteit. Dit zijn eerder idealen en verbonden. Aan dergelijke rationele verbonden zit niets exclusivistisch of karakteristieks. En daar is het de EU-politici juist om te doen; zij zullen met het oog op uitbreiding díe eigenschappen aanvoeren die integrationistisch zijn, en die een blik naar de Oriënt mogelijk maken. Zij associëren het Europa-gevoel automatisch met bindende, verenigende doelen. Europees-zijn werkt, in hun ogen, verschillen juist weg. Daar tot op zekere hoogte natuurlijk iets in. Maar hun doel is dat ene, verenigde Europa van commerciële, geopolitieke vooruitgang en machtsuitbreiding. Ik kan nu U voorspellen dat de Europolitici zullen proberen in deze discussie de Europese identiteit te reduceren tot enkele pragmatische, rationele en bovenal na te streven pijlers. Zulke pijlers zijn immers onderhandelbaar, zodat ook landen als Turkije na veel moeite kunnen proberen zich deze pijlers eigen te maken. Onoverbrugbare, overgeërfde Europese pijlers die een echte identiteit uitdrukken - zoals de christelijk-humanistische oorsprong, de vele eeuwen omvattende erfenis van scheiding van Kerk en Staat, erflaters van onze beschaving, enz. - zullen verzwegen worden. Geschiedenis; wat heb je eraan? We moeten de toekomst in kijken. Aan de burgers de taak deze andere kant te belichten. De burger kan, als het goed is, zelf aanvoelen wat wel en wat niet Europees is. De komende tien jaar zullen wij opmerkzaam moeten blijven in de discussie op weg naar de referenda. We moeten door de Euro-propaganda heen prikken. Identiteit is niet onderhandelbaar, en de grenzen van Europa evenmin.
Argumenten op een rij Tot slot: er zijn legio argumenten tegen een Turks EU-lidmaatschap. En dat zijn nu eens geen economistische argumenten:
Laten we de duurbebevochten Europese identiteit voor verwatering behoeden. We moeten beseffen wie we zijn, maar ook wie we niet zijn en waar onze beschaving ophoudt. Europa, let op Uw saeck! Marcel Bas, Voorschoten |